Een boek over tien boeken die nog geschreven worden

14 september 2016

Zowel de aanhef van deze kolom als het boek waarover deze kolom u informeert roepen wel erg veel vraagtekens op bij de lezers. Dit boek is zowel fascinerend als bizar en wel uiterst onderhoudend voor lezers die van spanning en sensatie in een boek houden. Het echte boek der boeken staat al een tijd in elke bibliotheek, maar een boek over nog te schrijven, en dus nog niet bestaande boeken, is toch even iets anders.

Een boek over tien boeken die nog geschreven worden

Over wat ik nog wil schrijven

In het bijzondere boek schrijft de auteur over zijn tien nog te realiseren boekprojecten op een manier dat de lezer in elk hoofdstuk diep in de materie duikt en wordt meegenomen in het project. Zijn passie voor wiskunde, kunst en muziek en zijn kennis en het werk in de filosofie staan in alle behandelde onderwerpen en projecten centraal. Alleen al de keuze van de auteur voor de bijna pornografische afbeelding op de voorzijde geeft aan dat hij de lezers activeert en aan het denken zet.

Ogenschijnlijk heeft de reproductie van een schilderij van Gustave Courbet en de afdruk uit een wiskundig essay van Raymond Queneau niets met elkaar te maken. Verrassend genoeg blijkt er toch een eenvoudig verband te bestaan. Het is voor iedere lezer al meteen duidelijk dat er tussen vele dingen samenhangen zijn en dat de auteur de lezer op een speelse en vernuftige manier betovert en uitdaagt om ook zelf na te denken over de dingen uit het leven.

Na zijn vermakelijke forse inleiding start de auteur zelfs met zijn nulde boek over zijn rariteitenkabinet. De inhoud en vele onderwerpen staan al vast en het wordt een zeer bijzonder boek met illustraties. Maar zal dit nulde boek ooit verschijnen? Zijn eerste “echte” boek zal gaan over literatuur en wiskunde. De combinatie ligt niet voor de hand want proza schrijven en formules bedenken zijn toch twee totaal verschillende activiteiten. Dat is ook zo! Toch laat de auteur de lezer kennismaken met verbanden tussen deze twee prachtige onderwerpen. Sommige van de verbanden zijn tamelijk triviaal.

De wiskundige komt ruim aan zijn trekken door de koppeling met wiskundige vraagstukken en raadsels. Ook de vele illustraties van wonderlijke samenstelling maken het boek boeiend en aantrekkelijk. De kunst van M.C. Escher komt in dit verhaal aan de orde en de auteur moet zich inhouden om ook daar een boek over te schrijven. In het tweede boek gaat het over “SKEPP-tisch” zijn. Het ontsporen en voorspellen van mensen staat hier flink in de aandacht. Met zijn derde boek begeeft de auteur zich op het raadselachtige en mysterieuze terrein van de vrijmetselarij.

Zijn plannen voor de inhoud van dit boek zijn uitgebreid uit de doeken gedaan en zijn zelfs voorzien van aantekeningen in de kantlijnen. De lezer weet daarna alles over de vrijmetselarij. Het vierde boek gaat over het fenomeen Sherlock Holmes en wat een fantastisch verhaal met leuke uitgekiende illustraties. Over stripverhalen gaat het vijfde boek. Er is zelfs al een appendix voorzien met een uitgebreide wiskundige toelichting op een ruimtelijke constructie in een bepaald stripverhaal. De auteur maakte deze tekst met behulp van zijn eerste computer, die hij slechts met een lening kon kopen. Het zesde wordt zijn droomboek over de vele aspecten in de wiskunde met stellingen, getallen, beweringen en een top tien met mooie bewijzen.

En dan is er het zevende boek, dat zal gaan over muziek met een sterke relatie tot de wiskunde. Zijn relatie tot muziek is idiosyncratisch schrijft de auteur. Met architectuur is het zo mogelijk nog veel erger gesteld. Dat leest u in zijn achtste boek. Hij heeft met enige spijt het pad van de gulden snede met rust gelaten. Over geloof en humor schrijft hij alvast de eerste aanzetten voor zijn negende boek. Schrijven over het geloof is een delicate materie en zeker omdat de auteur ook wil schrijven over wat hem mateloos kan ergeren en irriteren. De onzalige connectie tussen lichamelijk genot, schaamte en schuld wordt beschreven in zijn tiende boek “Over seks, erotiek en pornografie”. Eén ding is zeker dat de lezer geniet van de geweldige wilskracht van de auteur!

ISBN 978-90-441-2171-1, “Over wat ik nog wil schrijven”, Jean Paul van Bendegem, Garant-Uitgevers, 2008, 340 pagina’s.


Gerelateerde artikelen