Afwijkingen in het zien van kleuren

9 oktober 2017

Het onderwerp Kleurenzien wordt onder meer gestuurd door principes en elementen uit de vakgebieden, fysica, psychologie, neurowetenschap, biologie, oogheelkunde en genetica. In het nieuwe studieboek en referentiebron “Normal & Defective Colour Vision” geven de samenstellers een zeer uitgebreid beeld van alle aspecten over het normaal en het afwijkend zien van kleuren, mede in relatie tot de invloed van elementen uit aanliggende vakgebieden.

Afwijkingen in het zien van kleuren

Normal & Defective Colour Vision

De vragen “Hoe worden wij kleuren gewaar?”, “Hoe worden kleuren onderscheiden via ons netvlies en hoe interpreteren onze hersenen de chromatische informatie?” en “Hoe kunnen onze genen de manier van het waarnemen van kleuren beïnvloeden?” worden in meerdere bijdragen door toonaangevende deskundigen beantwoord. De samenstellers van deze omvangrijke referentiebron over het zien (en afwijkend zien) van kleuren zijn zelf ook autoriteiten in de wereld van de perceptie van kleur.

Zij verzamelden aan de hand van bijdragen van tientallen deskundigen veel theorie en praktijk over het kleurenzien en geven de resultaten van meerdere geslaagde experimenten en fundamentele onderzoeken. De resultaten van de meest recente onderzoeken zijn weergegeven. De inhoud is geschikt voor hogeschool en universitaire studenten, onderzoekers en technici op het gebied van de oogheelkunde, optische instrumenten en optische meet- en analysemethoden. Ook zij die werkzaam zijn in de psychologie, fysiologie en neurowetenschap vinden in dit voortreffelijke boek voldoende informatie voor verdere studie of verdieping van het specifieke onderwerp over kleurenzien.

In een introductie neemt de auteur zijn lezers mee naar de wereld van Thomas Young (1773-1829) en zijn fantastische beschrijvingen en experimenten met kleuren. Al op zeer jonge leeftijd las hij Newton’s Principia en Opticks en toen hij 20 was schreef Young zijn verhandeling over het functioneren van de visuele accommodatie. Zijn publicaties over de theorie van de trichromatische opbouw van de visuele waarneming van kleur is wereldberoemd en uitgangspunt voor alle verklaringen. Het wetenschappelijke boek is verdeeld in negen secties met onderwerpen als “Fotoreceptoren en hun ontwikkeling”, “Het functioneren van het netvlies” en “De staafjes en het zien van kleuren”.

Elke sectie bestaat uit meerdere afzonderlijke bijdragen over het specifieke onderwerp. Zo wordt er uitgebreid ingegaan op de resultaten van experimenten met de schijf van Benham, het verschijnsel van veranderende kleuren binnen een omgeving van contrasten en op de eigenschappen van het fysiologische kleursysteen (PCS). Het zijn vooral de onderzoekers, die een schat aan gegevens vinden in dit praktisch gerichte studieboek. Het geheel is geïllustreerd met grafieken, tabellen, tekeningen en enkele meerkleuren afbeeldingen. De lezer vindt na elk onderwerp een literatuurlijst en een afsluitend register met trefwoorden.

ISBN 0 19 852530 3, “Normal & Defective Colour Vision”, J.D. Mollon, J. Pokorny en K. Knoblauch, Oxford University Press, 2003, 422 pagina’s.


Gerelateerde artikelen